Phnom Penh

ភ្នំពេញ

Weekendje weg naar Phnom Penh!

Vrijdag om 17 uur vertrokken we naar Phnom Penh, de hoofdstad van Cambodja. Na een 5 uur durende rit in een mini-van met een chauffeur die liever op de middenlijn reed of op het baanvak van de tegenliggers en de voortdurende muziek van een claxon op de achtergrond, kwamen we aan in ons hotel. Wat een hemel. Een warme douche, een airco waardoor je onder een deken kon slapen, een zacht bed en een zwembad. Zalig. Aangezien het chinees nieuwjaar was, gingen we nog even de stad in in de hoop nog een glimp op te kunnen vangen van de festiviteiten. Jammer genoeg was hier niets van te merken. Dus gingen we maar met zen drieën iets drinken. We vroegen aan de tuk tuk driver om ons naar een plaats te brengen met gezellige barretjes. Je wil niet weten waar wij beland zijn! We liepen door een straat en er waren inderdaad heel veel barretjes, maar niet diegene die wij zochten en wilden. Overal stonden Aziatische vrouwen in minirok en décolté of zelfs enkel een minirok en een BH. Als we beter keken, zagen we op sommige deuren +18 staan. We werden al heel ongemakkelijk. 'Waar zijn wij beland!?' dachten we. We zagen op de hoek een terrasje dat er deftig uitzag en beslisten om daar maar iets te drinken. We zaten nog maar net of er kwam al een dame die ons kwam vertellen dat er binnen 'ladies sexy dancing' was. We bedankten haar en bleven toch maar buiten. Birgit en ik waren toch benieuwd en gingen binnen een kijkje nemen. We vonden het toch maar heel ongemakkelijk en deden maar alsof dat we naar de wc moesten om zo snel mogelijk terug naar buiten te kunnen.De cultuurshock die ik in Siem Reap amper ervaren heb, kwam hier ten volle tot zijn recht. Daarna beslisten we maar om naar de hotelkamer te gaan. We gingen een zalige nacht tegemoet! 

Op dag twee gingen we de stad ontdekken. We maakte een wandeling naar Wat Phnom, een tempel op een heuvel. Onderweg kwamen we langs de centrale markthal. Dit is een grote (half)overdekte markt. Ondertussen zijn we de marktjes hier al een beetje gewoon dus dat was niet zo speciaal. In de tempel van Wat Phnom was er een soort ceremonie aan de gang voor Chinees nieuwjaar. Nu dat het jaar van de hond begonnen is, wordt dit gevierd door het leggen van geld en eten en bloemen voor enkele beelden en het branden van wierook. Het was erg chaotisch, maar wel heel leuk om eens gezien te hebben. Op de heuvel van Wat Phnom was het heel erg rustig en kalm. Hier hebben we dus nog een tijdje op een bankje gezeten en wat rondgewandeld. Daarna gingen we langs de rivier wandelen richting het royal palace. Daar zouden we Marie en Julie ontmoeten. Twee vriendinnen en medestudenten aan KdG die op zuidstage zijn in Phnom Penh. Tijdens onze wandeling merkte ik plots dat ik me heel erg slecht voelde. Ik wist dat als ik niet snel wat water dronk, ik ging flauwvallen van de hitte. We gingen dus naar een restaurantje om wat te eten en vooral om water te drinken. Ik kapte in 1 keer een halve liter water binnen in de hoop dat dit mijn misselijk gevoel zou verminderen, maar niets was minder waar. Nog geen 15 minuten later moest ik naar de wc lopen omdat ik moest overgeven. Zo zat ik een hele middag op de wc van het restaurant. Omdat ik maar bleef overgeven en me zo slecht voelde had ik echt nood aan mijn mama. Ik stuurde haar dat ik ze nodig had en dat ik ziek was en ze belde me meteen. Na mijn vele tranen kwamen we te weten dat ik een hitteslag had. Het enige dat ik nog kon doen was mijn lichaam doen afkoelen door natte doeken of een koude douche. Als ik zou flauwvallen moest de ziekenwagen gebeld worden. Birgit en Robin waren heel lief voor me. Ze zorgden voor een koud blikje Fanta om tegen mijn hoofd te houden om af te koelen, zochten de nummer van de ziekenwagen en regelden een tuk tuk om zo snel mogelijk naar het hotel te gaan voor een koude douche. Na de koude douche voelde ik me nog steeds niet top, maar wat een verschil!! Na een tijdje rusten en verder afkoelen in de airco was het nog beter. Met voldoende voorzorgmaatregelen mocht ik terug naar buiten. Ik moest mijn nek bedekken en altijd een pet dragen. Toen zijn we nog even naar de Russian Market geweest die jammer genoeg al gesloten was en hebben dan een plonsje gemaakt in het zwembad van het hotel. Ik ben Birgit en Robin heel erg dankbaar dat ze me zo geholpen hebben die middag. 's Avonds gingen we uiteten met Julie en Marie. Het was heel gezellig!

Zondag gingen we naar de killing fields en de S21 gevangenis (zie hieronder voor meer info hierover) en daarna deden we een sunset cruise op de Mekong. Robin , Birgit en ik zijn alle drie verzot op boottochtjes en deze was extra mooi door de zonsondergang! Daarna gingen we eten met Marie en Julie en namen we afscheid van Phnom Penh. Om 11 uur 's avonds namen we de nachtbus terug naar ons huisje in Siem Reap. De busrit was een ervaring op zich. Er waren geen stoelen in de bus, maar bedden. Het was best grappig om liggend in een bus te slapen terwijl we op een hobbelend weggetje reden. 

Killing fields en S21

De twee hoogtepunten van Phnom Penh zijn de killingfields en de S21 gevangenis. Dit was een ervaring om U tegen te zeggen. Leuk kan je dit bezoek niet noemen. We zijn begonnen met de killingfields (Choeung Ek). Aan de hand van een Nederlandstalige audiogids werden we doorheen het verleden van Cambodja en de Khmer Rouge geleid. Pol pot, de leider van de Khmer Rouge, slaagde erin om tussen 1975 en 1978 een leger op te starten dat alle intellectuelen van Cambodja folterde en executeerde en dus miljoenen Cambodjanen executeerden. Stel je voor dat je door je eigen volk vermoord wordt en dan nog zonder reden. Pol pot zei dat gestudeerden een bedreiging konden volgen voor de revolutie en hij vernietigde iedereen die in zijn weg stond. Meer dan 20 000 mensen zijn naar de killingfields gebracht, gefolterd en vermoord. Tijdens onze tocht doorheen dit gruwelijke gebied, hoorden we verhalen van enkele overlevenden en hoorden we hoe de gruweldaden eraan toe gingen. Kelen werden opgesneden met de bladeren van een suikerpalm, kinderen werden aan hun benen vastgenomen en met hun hoofd tegen een boom gesmakt tot ze stierven, vrouwen werden verkracht en naakt in een put gegooid, kinderen werden voor de ogen van hun moeders vermoord, ... De verhalen die je hoorde grepen me echt bij de keel, maar wat voor mij het meest confronterende was, waren de botten, schedels en tanden van de slachtoffers. De meesten lagen achter glas, maar enkele lagen zo bloot bovenop de kisten. Tijdens het regenseizoen komen nog steeds botten en tanden bovendrijven van slachtoffers. Wanneer ik deze overblijfselen zag, werd ik letterlijk even misselijk en moest ik wegkijken. Een verhaal dat me ook bijgebleven is, is dat er 's nachts muziek gespeeld werd door luidsprekers om het gegil en geroep van de slachtoffers te smoren. Ze lieten een fragment van die muziek horen. Ons deed het denken aan de muziek en het gezang dat we nu nog vaak horen in de pagoda's. Ik kreeg er kippenvel van. Hoe moet dat dan niet zijn voor de mensen die in die tijd geleefd hebben en dezelfde soort muziek nu nog horen in de vredige tempels. Onze rondgang werd afgesloten door een bezoek aan de Stupa. Dit is een gebouw met 17 verdiepen waarin de schedels bewaard worden van de overledenen. Aan de schedels kon je vaak zien hoe de slachtoffers gestorven waren. In sommige schedels zaten gaten, dan wist je dat erop geslagen was met een stomp voorwerp enzovoort. Verder waren ze gerangschikt op basis van de leeftijd van de slachtoffers. Het feit dat dit echt de schedels van de overledenen waren, maakte het zo realistisch. Het was niet gewoon een museum met wat tekstjes en heel af en toe eens een tekening. Nee, het waren de echte overblijfselen van de mensen die hier onterecht en zomaar vermoord en mishandeld zijn. Een gezellig museumbezoek was het zeker niet.

Daarna zijn we naar de S21 gevangenis (Tuol Sleng) gegaan. Dit was eigenlijk nog confronterender dan de killingfields. Ook hier hadden we een Nederlandstalige audiogids. We waren eerst aan het twijfelen of we dit wel wilden omdat we niet meer zoveel zin hadden om nog uren in het museum rond te wandelen. Maar we waren wel heel blij uiteindelijk dat we het toch gedaan hebben. Bij het binnenkomen zagen we 14 witte stenen. Op de benedenverdieping van het eerste gebouw hingen 14 foto's. Dit waren foto's die genomen waren door Vietnamese fotograaf op de dag waarop de gevangenis ontdekt was. Op de foto's stonden de laatste 14 mensen die vermoord waren in de S21 gevangenis. Op de foto's was er telkens een strook over het gezicht van het slachtoffer, maar voor de rest was alles zichtbaar. De verwondingen, de foltertuigen en het bloed. Het was ook heel duidelijk dat de mensen ook in die kamers vermoord waren en dat ze daar echt gelegen hadden. Dit was een heel raar gevoel. We werden er eerste stil van. Wat konden we hierover zeggen!? Niets toch? Julie, Birgit en ik begonnen wat te praten over wat we zagen en hoorden en geen van ons kon echt vatten wat er daar gebeurd was. Ik snap nog dat er 1 mens is die gek is en denkt dat hij iedereen moet vermoorden die een bril draagt of gestudeerd heeft, maar dat hij dan een heel leger kan vormen met mensen die hetzelfde denken dat kunnen we niet vatten. In de S21 gevangenis werden de mensen niet vermoord. Hier werden ze gefolterd en mishandelt totdat ze een valse verklaring schreven waarin ze toegaven dat ze iets fout deden. Dan werden ze op vrachtwagens gegooid en naar de killingfields gebracht om vermoord te worden. Waar vind je in godsnaam zoveel mensen die onschuldige slachtoffers zo willen folteren en martelen!? En nog erger, hoe kunnen zulke gruwelpraktijken verborgen blijven voor de buitenwereld!? Het kan toch niet dat niemand afwist van wat er achter de muren van die gevangenis gebeurde!? We hoorden het verhaal van één van de zeven overlevenden van de Security prison 21. Hij was een kunstenaar en heeft verschrikkelijke dingen gezien. Hij is gemarteld geweest en heeft gezien hoe anderen gemarteld werden. Op een nacht zag hij 2 bewakers die een stok op hun schouders droegen. Aan de stok hing een man met handen en voeten vastgeketend. Het leek wel een dier dat vervoerd werd. Hiervan maakte hij later schilderijen die nu te bekijken zijn in het museum. In de andere gebouwen hingen ook nog foto's van mensen die verwoord werden en waren. Het waren geen schilderijen of replica's. Het waren echte foto's die toen gemaakt werden omdat de wachters aan het diensthoofd moest kunnen laten zien wie er op elke manier gestorven was. Het was choquerend om dit te zien. De rillingen gingen over mijn hele lijf. 

Als je ooit in Cambodja bent, is het een must om deze musea te bezoeken. Denk niet dat je een leuke daguitstap tegemoet gaat, want lachen doe je die dag niet. Maar als je de cultuur en de geschiedenis van dit land wil kennen, moet je hier geweest zijn. 

Phnom Penh VS. Siem Reap

Phnom Penh en Siem Reap zijn twee verschillende werelden. Phnom Penh is een heel grote stad met veel armoede en vuiligheid. Siem Reap is kleiner en de armoede is minder te merken in het centrum. Ook is Phnom Penh veel westerser. Daar is het veel moeilijker tot bijna onmogelijk om een lokaal restaurant te vinden met Khmer eten. Bij ons in Siem Reap kan je veel moeilijker iets westers vinden en is het bijna altijd Khmer eten. Wij zijn natuurlijk veel meer fan van Siem Reap dan van Phnom Penh. We waren alle 3 heel erg blij dat we terug naar onze stad en ons huisje terugkonden. Wel was het heel leuk in Phnom Penh en hebben we een top weekend achter de rug!

Heimwee

De heimwee valt heel erg goed mee momenteel. Enkel wanneer ik ziek was, wou ik heel erg graag thuis zijn bij mijn mama en papa. De communicatie met het thuisfront loopt nog steeds moeilijk door het uurverschil, maar het begint te wennen. Met Jens loopt het ook wat moeilijker omdat we allebei het gemis heel moeilijk vinden en als dan het besef erbij komt kijken dat het nog zo lang is, maakt dat het nog moeilijker. Maar al bij al loopt het echt wel oké! Nu is het zo dat als ik eraan denk dat ik naar huis moet, ik een dubbel gevoel krijg. Langs de ene kant wil ik naar huis om iedereen terug te zien, maar langs de andere kant wil ik hier echt niet weg. Siem Reap is mijn tweede thuis waar ik me zo goed voel!

Stage

Op stage verloopt alles vlot. Toch blijft het moeilijk en frustrerend dat de kinderen je bijna niet verstaan. Leg ze maar eens uit waarom ze gestraft zijn ... Ze begrijpen je toch niet. In de Cambodjaanse en eigenlijk Aziatische cultuur is het onbeleefd om uw hand op andere mensen hun hoofd te leggen. Ik ken nog steeds de namen van de kinderen niet dus als ik ze wil aanduiden doe ik dat vaak door mijn hand kort op hun hoofd te leggen. Ik moet erop letten dat ik dit niet meer doe, maar het is zo moeilijk om deze gewoonte af te leren. Vandaag had er een kindje een wondje aan zijn teen. Omdat ik diegene was die dat eerst zag, moest ik het wondje verzorgen. Plots liep teacher Nana naar me toe en gaf ze me een doosje handschoenen. Dit was om mijn handen te beschermen tegen het bloed. Plots werd ik herinnerd aan de AIDS problematiek in dit land... Ik deed dus onmiddellijk de handschoentjes aan en verzorgde het kind zeer voorzichtig. Ik was er niet helemaal gerust op. Wanneer het wondje verzorgd was ging het kind terug naar de klas en deed ik de handschoentjes in de vuilbak. Dan pas merkte ik op dat er bloed op de grond gevallen was op weg naar de EHBO. Natuurlijk moest ik dit opkuisen. Ik nam een doekje en maakte dit nat om het op te kuisen. Ik voelde me hele lastig omdat ik walgneigingen had t.o.v. het bloed. Ik wil geen ziektes oplopen hier die niet te verhelpen zijn, maar ik voelde me schuldig omdat ik zo vies was van het kind en van het bloed. 

To be continued ...


©2018 Krisje Van Waes - Cambod-ja!.
Mogelijk gemaakt door Webnode
Maak een gratis website. Deze website werd gemaakt met Webnode. Maak jouw eigen website vandaag nog gratis! Begin